Freecooling of compressorkoeling?
Bij freecooling voldoet u aan de koelbehoefte zonder een koelinstallatie aan te schaffen! In de winter is dat evident: we zetten bederfelijke voeding buiten in de koud en gebruiken de natuurlijke free cooling om die goed te bewaren in plaats van een koelkast of vriezer te gebruiken. U kunt freecooling natuurlijk ook gebruiken om de temperatuur van een koelvloeistof te helpen verlagen, zonder dat u daarvoor andere middelen hoeft in te schakelen. Op die manier bespaart u energie.
Koude buitenlucht zorgt voor freecooling
U kunt freecooling gebruiken voor waterbasis- en luchtbasissystemen. In zijn eenvoudigste vorm wordt de buitenlucht in luchtbasissystemen gebruikt, die een warmtewisselaar hebben om de buitenlucht te behandelen. Voor een optimale werking mag de buitentemperatuur niet hoger dan 16 °C zijn.
Als u bij een waterbasissysteem een koeler gebruikt wordt de warmtewisselaar voor de buitenlucht in de koeler - tussen het koudemiddel en dat van het koelmiddelcircuit - ingebouwd . Bij een bepaalde buitentemperatuur wordt al het water dan door de buitenlucht (= freecooling) afgekoeld in plaats van door de koeler. Bij ongeveer 10 °C schakelt het systeem over van koeler naar freecooling.
Vaker voorkomende stadskoeling
Koeling kan in de vorm van stadskoeling verspreid worden en door grootschalige nutsbedrijven aan kantoorgebouwen, winkelcentra en andere grote gebouwen geleverd worden. Die koeling kan van freecooling afkomstig zijn, b.v. door een koud meer. De energie van stadsverwarming kan lokaal worden gebruikt om koud water te produceren. Het zorgt door de comfortunit voor de juiste temperatuur van de ventilatielucht in het systeem.
Compressorkoeling – de klassieke koeling manier
Reeds lange tijd is een compressor de gebruikelijke manier van koeling. Dat is ook wat meestal wordt bedoeld met 'machinekoeling'. Koelers met compressoren zijn een zeer flexibele manier om een gebouw te koelen. De koeling kan aan de koelbatterij vanuit een luchtbehandelingskast of aan koelbalken
in elke ruimte geleverd worden.
Alle chillers hebben als basis een gesloten circuit gevuld met een koudemiddel. Wanneer een compressor de druk van de koudemiddel doet stijgen, verwarmt en verdampt het tot een gas. Wanneer het koudemiddel dan door een warmtewisselaar/condensator gaat, koelt het af en condenseert het tot het terug naar zijn vloeibare toestand is. Vervolgens, wanneer de koudemiddel door een expansieklep stroomt, daalt de druk snel, waardoor het afkoelt. Het middel passeert langs nog een andere warmtewisselaar, een verdamper, en daarbinnen wordt de koude vanuit het koudemiddel overgebracht naar een andere koelmiddel (water of lucht) die de koeling dan uiteindelijk richt waar het nodig is.
De warmtepomp is een omgekeerde koelcompressor
De condensator in het systeem kan buiten geïnstalleerd worden en wordt dan door buitenlucht gekoeld. Zou het binnen geïnstalleerd worden, dan wordt het door een hydronisch circuit - die ook een buitenlucht gebruikt - gekoeld. Met andere woorden, de elektrische energie die aan de compressor wordt geleverd, brengt warmte over van een binnenruimte naar een buiten ruimte, b.v. buitenshuis. Met een warmtepomp gebeurt het omgekeerde: warmte wordt vanuit de buitenlucht naar het huis gevoerd en de buitenlucht temperatuur daalt. Hier is het verwarmingsmiddel gelijkaardig aan het koudmiddel.